Tegenwoordig heb je als docent duizend-en-één verschillende tools om jouw lessen nóg beter te maken. Presentaties, illustraties, grafieken, foto’s en video’s, animaties en zelfs hele simulaties zet je relatief eenvoudig in in je onderwijs. In de serie Multimediaprincipes in een notendop behandelen we in elk artikel één multimediaprincipe. En geven we tips hoe jij als docent deze multimedia kunt inzetten om het beste uit jouw lessen te halen.
Het werkgeheugen van mensen is beperkt. Dit zorgt bij het gebruiken van multimedia voor uitdagingen in het leerproces. Maar als we slim omgaan met de verschillende wijzen waarop we informatie aanbieden, kunnen we de beperkingen van het werkgeheugen behoorlijk opvangen.
Modaliteit
Het modaliteitprincipe is van toepassing op audiovisuele multimedia. Bijvoorbeeld video of een presentatie, waarbij je beeld éngeluid gebruikt. Bij het maken van een video denk je bijvoorbeeld na over wat je wilt laten zien en wat je wilt vertellen. Wanneer je zowel de beelden als de tekst visueel aanbiedt, gebruik je alleen het visuele kanaal (de ogen) om de informatie te verwerken. Hierdoor overbelast je je studenten snel. Het verwerken van de informatie kost veel meer moeite en hindert het leren. Daarom doe je er goed aan om de informatie te verdelen over verschillende cognitieve kanalen.
Dat is wat het modaliteitsprincipe stelt: mensen leren beter van een combinatie van beelden en gesproken woorden, dan van een combinatie van beelden en geschreven woorden.
Het is dus vaak beter om de tekst van bijvoorbeeld een video in te spreken en die toe te voegen aan de beelden. Zo verspreid je de informatie over twee cognitieve kanalen: het visuele- en auditieve (ogen en oren) kanaal van de student. Dit helpt cognitieve overbelasting voorkomen en bevordert het leren.
One-size-fits-all?
Het modaliteitsprincipe is vooral effectief als je met complexe lesstof te maken hebt, wanneer de stof snel voorbijkomt én de studenten al enige voorkennis hebben (en dus de termen herkennen).
Heb je te maken met veel jargon of ingewikkelde symbolen? Dan kan het juist wél zinvol zijn om studenten uitgeschreven tekst aan te bieden. In dat geval is het ook verstandig om jezelf af te vragen of een video wel het juiste medium is om de informatie over te brengen. In veel van zulke gevallen is een geschreven tekst (met eventuele illustraties) een beter alternatief.
Samengevat
Verdeel bij multimedia-uitingen de informatie zoveel mogelijk over de auditieve en visuele kanalen (oren en ogen). Ga dus uit van beelden en gesproken tekst. Zo verlaag je de cognitieve belasting van jouw studenten en bevorder je het leren.